Beren
'k Zag twee beren,
broodjes smeren.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die beren, smeren konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar.
Giraffen
'k Zag twee giraffen,
onder de bomen maffen.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die giraffen maffen konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar.
Mieren
'k Zag twee mieren,
lachen en gieren.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die mieren gieren konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar.
'k Zag twee beren,
broodjes smeren.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die beren, smeren konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar.
Giraffen
'k Zag twee giraffen,
onder de bomen maffen.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die giraffen maffen konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar.
Mieren
'k Zag twee mieren,
lachen en gieren.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die mieren gieren konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar.
Apen
'k Zag twee apen,
nootjes rapen.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die apen rapen konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar.
Walrussen
'k Zag twee walrussen,
elkaar kussen.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die walrussen kussen konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar.
Vlooien
'k Zag twee vlooien,
met water gooien.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die vlooien gooien konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar.
'k Zag twee vlooien,
de was op plooien.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die vlooien plooien konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar.
Gieren
'k Zag twee gieren,
luidkeels tieren.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die gieren tieren konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar.
Ganzen
'k Zag twee ganzen,
de sirtaki dansen.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die ganzen dansen konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar
Muizen
'k Zag twee muizen,
het woordenboek uitpluizen.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die muizen uitpluizen konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar
Leeuwen
'k Zag twee leeuwen,
heel diep geeuwen.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die leeuwen geeuwen konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar
Slangen
'k Zag twee slangen,
de was ophangen.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die slangen hangen konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar
Slangen
'k Zag twee kraaien,
het gras afmaaien.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die kraaien maaien konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar
'k Zag twee apen,
nootjes rapen.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die apen rapen konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar.
Walrussen
'k Zag twee walrussen,
elkaar kussen.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die walrussen kussen konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar.
Vlooien
'k Zag twee vlooien,
met water gooien.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die vlooien gooien konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar.
'k Zag twee vlooien,
de was op plooien.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die vlooien plooien konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar.
Gieren
'k Zag twee gieren,
luidkeels tieren.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die gieren tieren konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar.
Ganzen
'k Zag twee ganzen,
de sirtaki dansen.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die ganzen dansen konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar
Muizen
'k Zag twee muizen,
het woordenboek uitpluizen.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die muizen uitpluizen konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar
Leeuwen
'k Zag twee leeuwen,
heel diep geeuwen.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die leeuwen geeuwen konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar
Slangen
'k Zag twee slangen,
de was ophangen.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die slangen hangen konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar
Slangen
'k Zag twee kraaien,
het gras afmaaien.
O, dat was een wonder,
Het was een wonder, boven wonder,
dat die kraaien maaien konden.
Hi, hi, hi, Ha, ha, ha!
'k Stond er bij en keek er naar
