Vindt Jantje zichzelf dom?

Jantje is op school.

De meester: "Wie zichzelf dom vindt, gaat staan.”

Iedereen blijft zitten.
Opeens gaat Jantje staan.

De meester: "Dus Jantje, je vindt jezelf dom."

Jantje: "Nee, meester ik vind mezelf niet dom, maar ik vind het wel zielig, dat u de enige bent die staat."

Nablijven...

De directeur van een lagere school belt naar de moeder van Tim om haar op de hoogte te brengen dat Tim moet nablijven.

Wanneer de moeder naar de reden vraagt, zegt de directeur:

“Jeroen, de jongen die naast Tim zit, zat te roken in de klas.”

“Wat ?”, roept Tims moeder.

“Die Jeroen zit te roken en onze Tim moet nablijven?”

“Uiteraard”, zegt de directeur,

“Tim heeft hem tenslotte in brand gestoken.”

Jantje en de stier

Jantje komt te laat op school en zegt: “Ik moest de stier wegbrengen om een koe te dekken.”
De onderwijzer reageert geïrriteerd: “Kan je vader dat niet doen ?”
Jantje: “Zeker, maar de stier kan het beter.”

Jantjes vader

De meester vraagt aan Jantje: "Jantje, hoe oud is je vader?"
Jantje: "Net zo oud als ik."
Meester: "Maar dat kan toch niet, Jantje!"
Jantje: "Jawel, want hij werd pas vader toen ik geboren werd."

Jantje wordt gestraft

Jantje vraagt aan de leraar: "Meneer, kan iemand ook gestraft worden, voor iets dat hij niet gedaan heeft?"

Leraar: "Nee, dat is niet eerlijk. Maar waarom vraag je dat?"

Jantje: "Ik heb mijn huiswerk niet gemaakt, meneer."

Jantje de domme in de klas?

Jantje is op school.

De meester : "Wie zichzelf dom vindt, gaat staan.”
Iedereen blijft zitten.

Opeens gaat Jantje staan.

De meester : "Dus Jantje, je vindt jezelf dom."

Jantje: "Nee, meester ik vind mezelf niet dom, maar ik vind het wel zielig, dat u de enige bent die staat."

Jantje leert slechte woorden

Meester : "De meeste woorden die met “on” beginnen zijn woorden die
niet goed zijn, bijvoorbeeld : ongehoorzaam, onaangenaam, enz.
Kan iemand mij nog zo'n woord geven ?“

Jantje: "Ik meester : onderwijzer !"

Jantje in de rekenles

Jantje zit op school in de rekenles.
De juf zegt:
"Op de telefoondraad zitten 10 vogeltjes.
Ik neem een geweer en ik schiet één vogeltje neer.
Hoeveel vogeltjes zitten er nu nog op de draad?"

Iedereen aan het denken en na enkele minuten steekt Jantje zijn vinger op.

"Ja Jantje", zegt de juffrouw, "zeg het maar".
"Juffrouw", zegt Jantje,
"er zitten geen vogels meer op de draad".

"Jawel.", zegt de juffrouw,
"Er zitten tien vogeltjes op de draad, ik schiet er één vanaf dus...
tien min één is negen."

"Neen.", zegt Jantje.
"Uw geweer maakt zoveel lawaai dat alle andere vogeltjes gaan vliegen."

"Nou, Nou Jantje", zegt de juffrouw.
"Tien min één is negen,
maar ik hou wel van de manier waarop je denkt."

"Ach" zegt Jantje, "zulke vragen kan ik ook stellen."

"Oh ja",vraagt de juffrouw, "stel dan maar eens zo een vraag."

Jantje denkt eventjes na en stelt volgende vraag:
"Juffrouw, in het park zitten drie vrouwen op een bank.
Ze hebben alle drie een ijsje vast.
De éne likt eraan,
de tweede bijt erin en de derde zuigt eraan.
Wie van de drie is getrouwd ?"

De juffrouw slaat zo rood uit als een tomaat en stottert ...

"Eh, ik ... ik ... Eh,
ik denk diegene ... die eraan zuigt."

"Wel neen", zegt Jantje.

"Het is diegene die een trouwring draagt, maar ...ik hou van de manier waarop u denkt!"

Mannequin

Op school vraagt de juffrouw aan Joke wat ze later wil worden. “ik wil later mannequin worden”, zegt Joke. “maar als je daar nou te lelijk voor bent”? vraagt de juffrouw. Joke zegt:,“dan kan ik altijd nog schooljuf worden”.

Kinderlogica

In een school bij de eerwaarde zusterkes stonden de kinderen in rij om de eetzaal binnen te gaan.

Bij de ingang stond een grote kist met appelen.

De zuster had er een briefje bijgelegd met de volgende tekst op:

"Maar één appel nemen ...

God kijkt naar u!"

Een beetje verder op een andere tafel stonden grote dozen vol met lekkere chocoladekoeken...

En daar lag een briefje bij gekrabbeld door een kinderhand...

"Neem zoveel je maar wil,

God kijkt toch naar de appelen!"