Loading

Het sprookje over bier

Pintje bierOf hoe Stella Artois werd overgenomen door de Amerikanen.

Er was eens een wondermooie prinses en ze noemden haar... Stella.

Ze woonde in een klein landje en haar vader was De Koninck.

Haar moeder, de Koningin, noemde men Corona Extra.

Ze woonden op een kasteel, ergens tussen Hoegaarden en Leffe.

Toen Stella achttien werd besloot De Koninck dat ze moest trouwen.

Hij riep zijn raadsheren Maes en Jupiler en vroeg hen een man te gaan zoeken voor Stella.

De eerste kandidaat op de lijst was ridder Primus maar al gauw bleek dat ridder Primus meer oog had voor zijn schildknaap Heineken.

Dus trokken ze verder tot helemaal boven op de Carlsberg, daar woonde de geheimzinnige graaf Tuborg.

Maar Jupiler zei: 'hij is bezeten van de Duvel!'

Want ik heb gezien dat hij ‘s nachts opstaat en tegen de Trappist praat.

Ze trokken dus weer verder tot bij de jonkheer Alexande Rodenbach, een schrijver.

Maar die was druk bezig met het schrijven van een Roman en zei dat al zijn aandacht werd opgeëist door De Verboden Vrucht.

Dus gingen ze maar weer verder. In de buurt woonde de Brugse Straffe Hendrik.

Maar hij had na Blache de Bruges, Blanche de Charleroi en Troublette genoeg van de vrouwen. Onderweg kwamen ze Jan van Gent tegen, de zoon van een Oud Zettegemse, die wilde wel trouwen met Stella maar hij viel Mort Subite.

Ten einde raad trokken ze naar Pater Lieven in de abdij van Affligem.

Die zei: ga eens op bedevaart naar Steendonk of naar Grimbergen.

Daar ontmoetten ze De Neve maar die was een Deugniet.

Naast hem zat Bacchus en die sprak maar steeds over de Vieux Temps.

Aan de toog zat een Vichtenaar maar die had een buik als een Tonneke.

Dus gingen ze maar terug naar De Koninck met een Delirium Tremes.

Maar toen ze aankwamen in Hoegaarden stond de koets van Bush voor het kasteel van De Koninck.

In de koets zat een rijke Amerikaan Budweiser.

De mooie Stella ging mee naar Amerika en stuurde De Koninck een mooi Palm en een Zwalmse Trippel.

De Koninck vie van de schrik met een Kwak op de grond en hield er een Houten Kop aan over.

Toen kwam La Chouffe en die blies het verhaaltje uit.